Dag 4: Tozeur - Douz

We rijden verder naar het centrale gedeelte van Tunesië op dinsdag 4 november.

Tozeur, het dadelpalmbos.

Ezdin, de locale gids had nog een facultatieve tocht gepland door een dadelpalmplantage, of hoe men dat ook mag noemen. In het stadje Tozeur is er een productie van dadels. Voor 10 TD (Tunesische Dinar) = € 4,5 rijden we met een koets door de plantage. Even buiten het centrum van Tozeur staan er een aantal koetskes, karretjes voortgetrokken door een paardje, te wachten op de toeristen.

Paardje met een koetske voor 4 personen.

Met 4 in een koetske krijgen we een rondleiding van een uur doorheen de plantage. Een demonstratie hoe men in de palmboom klautert, zonder schoeisel op blote voeten.

Toeschouwers vinden het geweldig.

Men klautert op blote voeten naar de top.

De dadels worden met een manchette afgesneden en op de grond gegooid. Een goede boom kan tot 80 kg dadels per jaar opleveren.

Dadels worden gesorteerd.

Chodd El Jerid.

Op weg baar Douz komen we na enkele kilometers in de Chodd El Jerid. Dit is de grote zoutwoestijn van 110 op 70 km grootte. Chodd kan vertaald worden als Stranden van de oasen.

Chodd El Jerid

De weg erdoor heen is eentonig en ook fascinerend. Als het water opdroogt blijft er een laagje zout over.

Zoutfabriek.

Verder rijdend hebben we warempel een fabriek gezien. Het is iets waar men zout opschept van de bodem na verdamping van het water. Niet om veel mensen aan het werk te zetten.

Versteende zandduinen.

Merkwaardig verschijnsel zijn de versteende zandduinen.

Versteende zandduinen.

Versteende zandduinen.

Waterafkoeler.

Water is een groot probleem in een land dat slechts 15 regendagen heeft per jaar met een gemiddelde van 200 mm water per jaar. Tunesië heeft 320 zonnedagen per jaar. Het water wordt opgepompt van op een diepte van 850 m diep. De temperatuur van dat water bedraagt 65°. Te heet voor irrigatie van de palmdadelbomen. Er worden dan waterafkoelers gebouwd. Via een natuurlijk proces wordt het water gekoeld tot 24°, door middel van een toren en irrigatiekanalen.

Waterafkoeltoren

Water wordt gekoeld door deze kanalen te stromen.

Douz

Het zand blijft overal rond ons aanwezig. Door het Nifzawagebied en de stad Kebili geraken we in Douz. Deze stad wordt ook wel de 'Poort tot de Sahara' genoemd.

Poort tot de Sahara.

Hier begint een uitloper van de Sahara. Tientallen kilometers zandduinen met een paar nederzettingen.

Hotel El Mouradi te Douz.

Het hotel staat op enkele meters van het begin van de grote Saharawoestijn. Deze is enorm met 15.000 km2, met enkel zand.

We logeren in het 'El Mouradi' hotel aan de poort tot de Sahara.

Route van Tozeur naar Douz via de Chott El Djerid woestijn: 144 km.